Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Lazarus staat op | Laat je niet leiden door angst

Lazarus geeft vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Vandaag leest Marieta om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt ze de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Deel:

Goedemorgen, dit is inderdaad niet de stem van Rikko Voorberg, maar die van Marieta van Driel, eindredacteur van Lazarus. Vanochtend zul je het met mij moeten doen; Rikko is onderweg naar het vliegveld bij Rotterdam waar hij zo op een vliegtuig zal stappen naar Lesbos. En je kunt niet alles tegelijk.

Vanochtend heb ik de drie tekstgedeeltes van de dag gelezen en begin ik met een heftige vraag die aan Jezus wordt gesteld. ‘Wat moet ik doen om eeuwig leven te verdienen?’ Het is een strikvraag van iemand die de joodse wet bestudeerde. Even die vreemde rabbi uit Nazareth uittesten of hij wel ‘zuiver in de leer’ was. Of hij wel precies dat zei wat de leraar zelf geloofde.
Ik ben ook weleens op die manier ondervraagd en ik vind het naar. Ik had het gevoel dat ik alleen maar kon falen in de ogen van de ander. En ik word er ook een beetje recalcitrant van, van dat vragen naar de bekende weg.

Dat falen, daar heeft Jezus niet zo’n last van, heb ik het idee. Recalcitrantie wellicht wel. Hij heeft in ieder geval z’n antwoord klaar. Het is een wedervraag die de ander erkenning geeft.

Hij sprak tot hem: 'Wat staat er geschreven in de Wet? Wat leest ge daar?'
Hij gaf ten antwoord: 'Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart en geheel uw ziel, met al uw krachten en geheel uw verstand; en uw naaste gelijk uzelf.'
Jezus zei: 'Uw antwoord is juist, doe dat en ge zult leven.'

Maar hiermee is het niet klaar. De wetsleraar zoekt een uitvlucht uit dit allesomvattende antwoord en gooit er nog een vraag achteraan:

'En wie is dan mijn naaste?'

Dan gaat Jezus vertellen: over een man die overvallen wordt op de weg tussen Jeruzalem en Jericho en halfdood wordt achtergelaten. Over een priester en een leviet (de dominee en de koster, zeg maar) die met een grote boog om hem heen lopen. En over een Samaritaan die naar de man gaat, zijn wonden verzorgt, hem meeneemt op z’n ezel en aflevert bij een herberg waar hij verder verzorgd kan worden, op kosten van de Samaritaan.

Het is een verhaal dat ik goed ken, maar waar ik toevallig afgelopen weekend opnieuw naar leerde kijken. Ik woonde online een conferentie bij (Evolving Faith) waar Amy-Jill Levine sprak. Ze is Joods en professor Nieuwe Testament - toch een opmerkelijke combinatie - en ze wil het Nieuwe Testament meer in de context van het Joodse denken plaatsen. Zij vertelde een paar opvallende dingen over dit verhaal met de Samaritaan.

Ze zei: allereerst is het vreemd dat Jezus in dit verhaal een Samaritaan opvoert. Dat geeft te denken. Voor Joden in die tijd was het een bekend trio: de priester, de leviet en de Israëliet. Net zo bekend als voor christenen de drieslag ‘Vader, Zoon en Heilige geest’  is. Het feit dat Jezus juist die Israëliet vervangt voor een Samaritaan is omdat hij wilde dat zijn toehoorders zich identificeren met diegene die in de goot ligt, met die halfdode man. Niet met de redder van het verhaal, maar met het slachtoffer.

Daarnaast waren Joden en Samaritanen geen vrienden in die tijd. En al helemaal niet op religieus vlak. De Samaritaanse godsdienst had veel hetzelfde als de joodse. Maar er waren wat verschillen: zo eerden ze God op een andere plek, bijvoorbeeld. Joden gingen naar de tempel in Jeruzalem, Samaritanen hadden hun eigen tempel op de berg Gerizim. Niet zoals het hoorde in de ogen van de joodse wetgeleerden.

En, vertelde Amy-Jill: wellicht heb je bij dit verhaal weleens de verklaring gehoord dat de priester en de leviet doorliepen omdat ze door het aanraken van de halfdode man ‘onrein’ zouden worden waardoor ze niet meer in de tempel mochten komen. Maar dat kan niet kloppen. Een valse voorstelling van het joodse geloof. Voor joden was een mensenleven namelijk belangrijker dan alle voorschriften. Je mocht altijd de religieuze wetten overtreden om een ander mens het leven te redden.
Het is dus aannemelijker dat de priester en de leviet gewoonweg angstig waren. Er waren rovers op die weg: wellicht vielen ze nog een keer aan.

Door Amy-Jill trok ik drie nieuwe lessen uit dit verhaal:

1 Denk niet dat jij niet in de goot kunt belanden. Ook jij kunt slachtoffer worden, buiten je schuld om. Niet alles is ‘maakbaar’ met voorschriften/wetten die je wellicht jezelf oplegt of waar je heilig in gelooft.  

2 Je hulp komt soms uit onverwachte hoek. Dat maakt dat je anders gaat kijken naar mensen om je heen en zeker niet neerkijkt op ze.

3 Laat je niet leiden door angst als je anderen kunt helpen.  

Die laatste vind ik een enorme opgave, want ik ben niet zo’n durver. Maar soms moet je je angst achterlaten omdat het de redding is van de ander. Ik neem ‘m mee vandaag en kijk wat er op m’n pad komt. Rikko neemt het mee het vliegtuig in. En zo is hij er dan toch een beetje bij vanmorgen.

Het is bijna 7 uur, daarom sluit ik af met de bekende woorden. Ik wens je gezondheid, vrede en alle goeds. En moed, dat ook.  

Hier vind je drie tekstgedeelten die Marieta vanochtend las.

Geschreven door

Marieta van Driel

--:--