Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Waarom een leugentje om bestwil vaak minder onschuldig is dan het lijkt

Laurens wil graag eerlijker zijn. Maar dat betekent ook dat hij al die leugentjes om bestwil moet opgeven en die maken het leven nou net zo veel makkelijker…

Deel:

In de film Good Bye, Lenin! stelt de jonge Alexander flink wat in het werk een bijzondere leugen overeind te houden. Zijn fanatiek socialistische moeder raakt vlak voor de val van de Berlijnse muur in een langdurig coma en wordt wakker in een totaal andere, kapitalistische wereld. Uit angst dat ze de schok niet zal overleven, laat Alexander zijn aan huis gekluisterde moeder in de waan dat ze nog altijd in de DDR leeft. Hij ontdoet bijvoorbeeld boodschappen van hun nieuwe verpakkingen om ze in oude pakjes en blikjes te stoppen en verzwijgt dat hij inmiddels bij Burger King werkt.

De minste van twee kwaden

Een leugentje om bestwil is een leugen om een goed doel te bereiken. Als je eerlijk bent volgt er iets dat erger is dan je leugentje. Je kiest de minste van twee kwaden en dat klinkt best redelijk. Want als je een vervelende situatie kunt voorkomen, waarom zou je dat dan niet doen?

Het probleem is alleen dat zo’n leugen meestal vooral voor mijn eigen bestwil is. Ik voorkom een vervelende situatie voor mijzelf. Bijvoorbeeld wanneer ik vanavond ‘toch niet mee ga omdat ik moe ben’. Of als ik zeg dat ik dit artikel ‘al bijna af heb en zo snel mogelijk op stuur’. Als ik eerlijk zou zeggen dat ik vanavond iets leukers ga doen of nog aan dit artikel moet beginnen, kan het zomaar lijken alsof ik een slechte vriend of werknemer ben. En dat ben ik ook. Niet per se omdat ik ergens anders naartoe ga of mijn deadline niet haal (dat ook), maar vooral omdat ik lieg om te voorkomen dat anderen me terecht ter verantwoording roepen.

Kleingeld of mandarijnen

‘Nee man sorry, ik heb helemaal geen kleingeld bij me’, zei ik tegen een man die me voor de deur van mijn huis om geld vroeg. Hij had me met onduidelijke gebaren ‘geholpen’ met inparkeren. Toen ik hem bedankte, zei hij: ‘Ja toch, ik help jou, jij helpt mij. Heb je drie euro voor mij?’ En toen loog ik. Er zat € 2,70 in mijn portemonnee, ik heb het thuis geteld. Ik had ook alleen ‘nee’ kunnen zeggen. Of hem een mandarijn kunnen geven. Of nog beter: ik had gewoon wat geld kunnen geven. Het is zijn keuze dat uit te geven aan nachtopvang, goedkoop bier, drugs (God verhoede), fruit, gevulde koeken, frisdrank, of een feestelijke combinatie van dat alles.

Bedankt, Abraham!

Er staat een terugkerend verhaal in de Bijbel over leugens om ‘bestwil’. Tot tweemaal toe vertelt Abraham in het buitenland dat Sarah niet zijn vrouw maar zijn zus is. Hij is bang dat ze hem doden en Sarah stelen. Fair enough, Abraham. Maar in Egypte neemt de farao Sarah alsnog op in zijn harem en laat God een ziekte los. De tweede keer is koning Abimelech hetzelfde van plan – het is toch maar een zus – maar hij wordt door God in een droom op het ‘misverstand’ gewezen. En oh ja, God dreigt Abimelech en zijn hele volk te doden als hij het plan doorzet. Bedankt, Abraham. Later doet zijn zoon Isaak precies hetzelfde met zijn vrouw Rebekka. Toevallig ziet koning Abimelech Isaak en Rebekka door een raam samen knuffelen en trekt de juiste conclusie voordat de boel weer uit de hand loopt.

‘Het is een illusie om te denken dat we moeten voorkomen elkaar als mensen pijn te doen met de ongemakkelijke waarheid’

Wat een mooie baby!

‘Ik ben onderweg’, ‘ja hoor, alles goed’, ‘ik zie je berichtje nu pas’, ‘wat een mooie baby’: al die verzinsels die jou beter uitkomen, zijn geen ‘leugens om bestwil’. Het is de beledigende aanname dat de ander beter af is met jouw oneerlijkheid. Het is een illusie om te denken dat we moeten voorkomen elkaar als mensen pijn te doen met de ongemakkelijke waarheid. In een van mijn favoriete podcasts, Heavyweight, probeert presentator Jonathan Goldstein vrienden te helpen wonden uit het verleden te helen. Na een van de afleveringen concludeert hij: ‘I can lie upwards of 10.000 times a day. It helps ease the friction of getting through life. People ask how I am, and I say fine. I hold lying to be the greatest gift God has given to us. But even with all of our lies and best intentions, we can’t escape hurting each other.’

Alles is niet ‘goed’

Je hoeft niet iederéén die in het voorbijgaan ‘alles goed?’ vraagt eerlijk te vertellen wat zich in het diepste van je hart afspeelt. Je kunt je oma van ver in de negentig best wat informatie onthouden als je weet dat ze anders niet meer slaapt van ongerustheid. In zo’n geval is liegen misschien inderdaad een godsgeschenk. Maar laten we al die kleine leugentjes om bestwil wel kritisch bekijken. Is de waarheid echt zo erg? En is die vooral erg voor mij, of voor de ander?

Voortaan zeg ik gewoon tegen je dat ik iets anders heb vanavond. Ik neem mijn verlies, of ik doe wel wat ik had beloofd. En die man krijgt de volgende keer wel mijn kleingeld na hulp bij het parkeren. Of die mandarijntjes die al een week in mijn tas zitten. Daar heeft hij meer aan dan mijn leugen.

Geschreven door

Laurens Collée

--:--