Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Met huid en haar

Rikko geeft op de vroege ochtend inspiratie om de dag bewust te beginnen. Hij leest om 6 uur de teksten uit een oud kerkelijk leesrooster en zo rond 7 uur deelt hij de gedachte die dan op-popt. Elke werkdag te lezen en te beluisteren.

Deel:

PopUpGedachte vrijdag 10 mei 2019 – Met huid en haar

Eten is de centrale handeling van christendom. Niet alleen van christendom, gelukkig. Zou zielig zijn voor de rest van de wereld. Christenen zijn ook maar mensen die via hun teksten en via Jezus leren ontdekken wat ook al waar en goed en zuiver was vóórdat ze het ontdekten. Ik bedoel dat de wijsheid helpt om de wereld te doorgronden, en onszelf, niet om iets heel nieuws te bedenken, want alles is er al.

Eten is in elk geval de centrale handeling. En een soort vage symbolische verwijzing ernaar zien we nog steeds in de meeste kerken met een ritueel vormgegeven tafel voorin, plaatjes van brood, een gravure van wijn en heel soms ook nog echt brood en echte wijn. In de kerk. Maar dan wel weer een heel klein stukje, in mijn traditie ook nog een stukje dat is ontdaan van alle kenmerken van echt brood. In de katholieke traditie trouwens ook. Het heeft geen korst, er zijn geen herkenbare granen aanwezig, het was bij ons vroeger in de gereformeerde kerk gesneden als een dobbelsteen en in een katholieke kerk is het een schijfje dat smelt op de tong.

Misschien moet ik zeggen dat eten de centrale handeling wás in christendom, want het is in veel kerken (er is een beetje een kentering op gang aan het komen) totaal verritualiseerd. En wat mij betreft daarmee totaal verruïneerd, maar laat dat mijn katholieke collega’s niet horen.

Eten staat centraal in de christelijke traditie en niet alleen als handeling. De woorden van Jezus zijn bijna onverteerbaar plastisch over eten. Vanochtend zegt hij in de lezing namelijk dit:

In die dagen raakten de Joden met elkaar in twist en zeiden: 'Hoe kan Hij ons zijn vlees te eten geven?' Jezus sprak daarop tot hen: 'Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als gij het vlees van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt gij het leven niet in u. Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag. Want mijn vlees is echt voedsel en mijn bloed is echte drank. Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem. Zoals Ik door de Vader die leeft, gezonden ben en leef door de Vader, zo zal ook hij die Mij eet, leven door Mij.

Ik hou van eten, maar ik word hier dus een beetje onpasselijk van. Dit is puur kannibalisme, toch? Het lijkt erop dat de man van Nazareth echt niet bezig is om een verhaaltje te verzinnen wat er in gaat als koek – om maar even in de beeldspraak te blijven – het moet schuren en pijn doen en vervreemden en verwarren. Blijkbaar.

Historisch verwijst dit hele stuk tekst nog naar de woestijnreis van het Joodse volk. Een nationale herinnering, levend als de Tweede Wereldoorlog anno nu, waar er voor hen steeds geen eten was, onrust onder het volk, discussie met God: is dat nou bevrijding, dat je doodgaat van de honger. Miraculeuze waterverschijningen, broodwonderen, van alles. En Jezus zegt: dat was toen, weet je nog? Dat heeft ons volkje gemaakt tot wie we zijn. Welnu, dat was slechts een schaduw van wat nu aan het gebeuren is, want de bevrijding die we toen meemaakten, heeft jullie niet totaal bevrijd. Je maakt de hele tijd jezelf opnieuw tot slaaf. Is het niet van wetmatigheden, dan wel van angsten of van schuldgevoel. En wat je toen gegeten hebt, daar kreeg je ook weer honger van. Wat hier gebeurt met mijn werk, zegt Jezus van Nazareth, is de definitieve uittocht en definitief voedsel voor onderweg. Hij pakt de metaforen, verwijst naar wat voor de Nederlander het tulpenbollen eten is in de tijd van de Tweede Wereldoorlog en wat voor ons de bevrijding door de geallieerden is – en zegt: heel wat meer dan de geallieerden is hier.

Én het gaat over eten. Steeds weer over eten. Een theoloog schreef dat het misschien wel goor klinkt, maar dat wij in het dagelijks leven ook de hele tijd eet-metaforen gebruiken voor het verwerken van informatie, verwerken van de boodschap of voor het verwerken van een situatie. ‘Het lag als een steen op de maag’ ‘Ik vind jou om op te vreten’ ‘dat vond ik niet te verteren’ ‘Hij verslond dat boek met huid en haar’, ‘dat ging erin als koek’.

Ik weet niet precies of dat helpt bij de interpretatie, maar het was wel een goede toevoeging. Die eet-beelden zijn toch niet zo bizar als je op het eerste gezicht denkt. Wij doen het in onze taal ook de hele tijd.

Tijd voor weekend, nog één dag. Christendom wil voedsel zijn op de weg van de bevrijding. En het hoort niet onder een stolp op tafel te liggen, maar vermalen, verteerd en verbrand te worden in je lijf – alleen dan kan het onderdeel worden van je systeem op de weg naar het leven. Heb het goed!

Hier vind je drie tekstgedeelten die Rikko vanochtend las.

afbeelding
afbeelding.

Rikko Voorberg (38) is theoloog, schrijver, ‘activist/kunstenaar’ en initiatiefnemer van o.a. ‘We gaan ze halen’.

Wil je betrokken raken bij het werk van Rikko? Kijk dan hier.

Geschreven door

Rikko Voorberg

--:--