Ga naar submenu Ga naar zoekveld

‘Mijn geheim was te kwetsbaar, en nog steeds na al die jaren’

In de roman ‘Het meisje, de draak en de dominee’ gaat hoofdpersoon Anna de strijd aan met heftige gebeurtenissen uit haar jeugd, zoals seksueel misbruik, maar ook 'victim blaming'. Lees hier een exclusief fragment.

Deel:

Het zit goed hier aan het water, misschien wel iets te goed, ik begin de kilometers langzaam te voelen. Gelukkig dat ik mijn zwarte sportschoenen heb aangedaan vanmorgen. Meer omdat ik mijn nette schoenen weer eens niet kon vinden. In ons huis heeft alles een vaste plek. Alleen belanden de spullen helaas vaker niet dan wel op die vaste plek. En zelfs als ze er dankzij Evert wel lagen, zou ik daar niet zoeken, want ik had ze daar niet neer gelegd, toch? Mijn arme man. Ik grinnik. Evert. Of hij het nou weet of niet, hij is zeker onderdeel van mijn genezing. Toen we verkering kregen, wist ik heel zeker dat ik meteen alles moest gaan delen, want iedere dag die ik zou wachten zou de drempel hoger worden en de redenen om nog maar wat langer te wachten sterker. En dus kreeg hij mij en alles wat me overkomen was er gratis bij.

Uit balans

Wat ik had gehoopt; dat het steeds makkelijker zou worden er over te praten, is helaas geen waarheid geworden. Nog steeds moet hij tijden wachten als er weer eens iets is dat op oude knoppen duwt en oude pijn naar boven haalt. Dagen van afstand, stilte en zuchten. Tot de huilbui eruit komt en daarmee het verhaal.

Ik snuif de lucht op. Een combinatie van mos, dennenbomen en water. Iets lekkerders bestaat er niet. Een libelle komt met hoge vaart aangesneld en scheert langs mijn gezicht. Ik trek met een schok mijn hoofd terug en kijk hem verontwaardigd na. Het blauwgestreepte heerschap trekt zich niks aan van wat hij veroorzaakt heeft door in mijn persoonlijke ruimte in te breken.

Waarom is er toch zo veel dat me steeds weer uit balans kan krijgen? #Metoo. Ineens was het er. Het volwassen deel in mij dat altijd ergerlijk verstandige dingen deelt op momenten dat ik het helemaal niet wil horen, zei: ‘Dit is je moment, het moment om als vrouw en predikant uit de kast te komen. Om op te staan en te zeggen: “Ik ook.” Om een voorbeeld te zijn voor al die meisjes, moeders en oma’s die hun geheim bedekken met een glimlach en hun pijn verstoppen in de kelders van hun ziel.’ Maar ik deed het niet. Het was te kwetsbaar. Nog steeds, na al die jaren.

Seksueel geweld tegen vrouwen en mannen

Wel las ik er veel over, dat ben ik altijd blijven doen. Over alle soorten van seksueel geweld tegen vrouwen. En tegen mannen, jongens en jongetjes. En niet alleen door mannen. Je hoeft mij niet te vertellen dat mannen altijd de boosdoeners zijn en vrouwen het slachtoffer of de toekijker. Of de wegkijker. Tussen twee haakjes, je kunt je ook afvragen hoe onschuldig die laatste rol is. Ik weet nog hoe geschokt een klasgenootje was toen we bij psychologie over vrouwelijke incestdaders lazen. Mij verbaasde dat niks.

Wat ik schokkender vond, is dat twee van mijn ervaringen veel meer de uitzondering bleken te zijn die de regel bevestigden, doordat het wildvreemden waren. Alle cijfers laten zien dat de kans veel groter is dat je slachtoffer wordt van iemand die je juist goed kent. Die je vertrouwt. Een oom, je opa, de buurjongen, een juf, een trainster. Een klasgenootje. De kans was groter dat het begon met iets wat je wel wilde, wat je wel leuk vond. Aandacht, belangstelling, cadeautjes of gewoon een vriendelijk gebaar. En op het moment dat er dingen gebeurden die je niet wilde en niet meer leuk vond, zat je al in de positie dat de verwarring te groot was om nee te zeggen. Macht is ook een belangrijke factor. Fysieke overmacht begrijpen mensen nog wel. Een klein meisje en een volwassen man, daarvan zal iedereen zeggen: ‘Afschuwelijk, vreselijk, walgelijk!’ Ze zullen medelijden hebben en dat meisje willen troosten en helpen.

Ongrijpbare macht

Maar er is nog zoveel meer macht die veel ongrijpbaarder is, maar daardoor niet minder echt. De macht van vriendschap. ‘Ik heb dit voor jou gedaan, dan is het toch niet gek dat jij dat nu voor mij doet?’ Sociale macht, de macht om je binnen te laten of buiten te sluiten. ‘Doe je wat ik zeg, dan hoor je erbij.’ En willen we dat niet allemaal ten diepste, erbij horen?

Intellectuele macht. Je kunt door iemand platgewalst worden met woorden en zinnen die lijken op een logische redenatie waardoor het misbruik uitgroeit tot een niet te ontkomen feit. De macht van angst. Hoe onrealistisch ook. ‘Als je het vertelt, dan maak ik je dood.’ Emotionele chantage - juist bij diegene die jouw veilige haven is - die je alles zou moeten kunnen vertellen. ‘Als je vertelt wat ik doe, komt opa in de gevangenis. Dan wordt mama heel erg verdrietig, dan wordt ze boos op jou. Dat wil je toch niet?’

En dan is er nog de overweldigende macht van het schuldgevoel. Het idee medeverantwoordelijk te zijn voor wat er gebeurd is. Dit laatste is zo groot omdat niet alleen het slachtoffer met beide benen in deze denkfout trapt, maar ook de omgeving, de maatschappij, de toekijkers. Want voor een tiener die in het donker alleen naar huis loopt en bedreigd wordt – maar met wie uiteindelijk toch ‘niets’ gebeurt - daarvoor is meestal niet zoveel begrip. Waarom liep je daar? Waarom was je alleen? Waarom deed je de deur open? Waarom belde je niet de politie? Waarom, waarom, waarom? Elke vraag is een aanval. Er is zelfs een term voor: victim blaming.

Grip houden

Ik was geschokt toen ik daar voor het eerst over las. Waarom zou je dat in vredesnaam doen, het slachtoffer de schuld geven? Nou, redenen genoeg blijkbaar. Voor daders is het een makkelijke manier om hun verantwoordelijkheid af te schuiven. ‘Ze vroeg er zelf om.’ ‘Mijn buurjongetje kwam zelf telkens naar me toe.’ Voor omstanders is het een manier om hun leven en wereld weer veilig en overzichtelijk te krijgen. Want we houden er niet van als ons zomaar dingen kunnen overkomen. We willen grip, we willen een - desnoods vals - gevoel van veiligheid, dat ons zulke dingen in ieder geval niet zullen overkomen. Als de ander er wat aan had kunnen doen, als het eigenlijk haar eigen schuld was, dan kunnen we onszelf vertellen dat ons zoiets nooit zal overkomen. Want wij lopen niet in korte rokjes over straat. Wij gaan niet in het donker alleen naar huis. Wij laten onze kinderen niet alleen bij de buurman.

Angst temmen

Zo bezweren we onze angsten. Wie wil er tenslotte leven in een wereld waarin je je oom niet kunt vertrouwen met jouw kind? Waarin de trainster bij het turnen met andere bedoelingen de kleedkamer in loopt? Waarin een avondje uitgaan kan veranderen in een nachtmerrie? Dat is bij anderen zo. Maar niet bij jou. We willen leven in de illusie dat we zulke dingen kunnen voorkomen. Dus geven we het slachtoffer de schuld. Zo wanen we ons veilig en veroordelen het echte slachtoffer tot de beklaagdenbank. Zo temmen we de angst. Het leven is weer maakbaar, we hebben de boel weer onder controle. Het is een schijnveiligheid maar alles is beter dan onzekerheid. En we laten het slachtoffer vallen als een baksteen. ‘Als je alleen in het donker gaat lopen dan kun je aangerand worden, dus als je aangerand wordt, had je maar niet alleen in het donker moeten gaan lopen.’

Wat klopt er niet aan deze redenering?

Wil je het boek graag lezen? We mogen er drie weggeven! Wil je kans maken, stuur dan een mailtje met je naam en adresgegevens naar redactie@lazarus.nl.

Dit essay is een gedeelte uit de roman Het meisje, de draak en de dominee van Jannie van den Brink, die onlangs verscheen bij Uitgeverij Van Wijnen.
De roman kaart op een ingrijpende manier de gevolgen van seksueel misbruik en pestgedrag aan. Wil je meer weten? Kijk dan op de site van de schrijfster, Jannie van den Brink of van de uitgever, Van Wijnen.  

Roept dit artikel veel bij je op, ben jij slachtoffer van grensoverschrijdend seksueel gedrag of seksueel geweld en wil je er (anoniem) over praten met iemand? Bel of chat met het Centrum Seksueel Geweld. Je bereikt ze via 0800-0188 of je kunt chatten met een medewerker via hun site.

--:--