Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Lydia van Maurik: ‘Als pleegouder hoef je maar twee dingen te kunnen: zonder reserve liefhebben en rouwen’

In Café Lazarus is Lydia van Maurik te gast. Ze is Lazarus-blogger, muzikant, pleegmoeder van een dochter en geeft onder andere leiderschapstrainingen met geiten. In de uitzending van Café Lazarus (zie hieronder) vertelt ze wat haar drijft. Vooraf spraken we al even met haar.

Deel:

De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.

Toestemmingen aanpassen

vlnr: Hilde Lorier, Lydia van Maurik en presentator Marleen Stelling in Café Lazarus

Je geeft een leiderschapstraining met geiten? Vertel!  

'Een geit lijkt eigenlijk heel erg op een mens. Het is een kuddedier met een sterkte persoonlijkheid, daardoor houdt hij ons een spiegel voor. Dat is heel leerzaam. We doen allerlei gekke spellen, hebben een hindernisbaan en we gaan ook lopen met de kudde. Er zijn supergrote parallellen met hoe God naar mensen kijkt.’

Wat zijn die parallellen dan volgens jou?

‘Als je kijkt naar de dynamiek van de kudde als groep, dan hebben de individuen daarbinnen ook allerlei behoeften. Je moet zowel de kudde als het individu ruimte geven, dan pas is het goed. Ieder individu moet de ruimte krijgen om op zichzelf te staan, heeft veiligheid nodig en moet zo nodig worden bijgestuurd. Ik geloof dat God ook zo naar ons kijkt.’

Wat heb jij geleerd van het werken met dieren?

‘Hoe meer ik met dieren werk, hoe verdrietiger het me maakt hoe we daarmee omgaan. De boeren zeggen soms dat de dieren rustig zijn, maar vaak zijn ze murw. Er is geen ruimte, dat zie je bij mensen ook. Als kinderen geen input krijgen, worden het ook apathische zombies.De massale veehouderij beperkt dieren enorm in hun mogelijkheden om zich naar hun eigen aard te gedragen. Daar kan ik echt verdriet om hebben. En het is heel jammer dat mensen dieren vooral in deze context zien. 

'Doordat we steeds minder in contact staan met de natuur ontnemen we onszelf als maatschappij ook een groot deel van onze wijsheid. Wanneer je dag in dag uit in de moestuin werkt of op een boerderij werkt, ontdek je veel over het leven. Overigens niet als het allemaal goed gaat, maar juist in de worsteling. Ik vloek heel wat af in de stal, ook dat hoort ook bij het leven. Het is echt niet altijd even leuk, op een vierkante meter gaat niet veel mis, maar in een grote moestuin of op een boerderij is het vaak ook heel lastig.’

Woon je zelf op een boerderij?

‘Nee, de dieren staan er wel. We wonen heel dichtbij in een woongroep, samen met een ander stel en onze pleegdochter. In onze woongroep is extra ruimte, zodat we gasten kunnen ontvangen die op retraite zijn.’

Je hebt een pleegdochter, zij is jullie tweede pleegkind. Kun je daar iets over vertellen?

‘We hebben een heel harde leerschool gehad bij ons eerste pleegtraject. De gedachte was dat het definitief zou zijn, daarna werd het een juridische chaos. De familiesituatie was niet goed in kaart gebracht en dus bleef het lang onduidelijk waar hij zou opgroeien. Wij werden heel erg heel en weer geslingerd door gevoelens. Hij was nog geen twee jaar en wij konden hem niet uitleggen wat er gebeurde. Dat was heel tragisch.  

In hoeverre kun je je daarop voorbereiden?

‘Ik heb veel geleerd van een man die al veertig jaar crisispleegzorg deed. Hij zei: je hoeft maar din dingen te kunnen als pleegouder: liefhebben en rouwen. En dat moet je allebei doen zonder reserve, anders voelt een kind dat. Dat was zo’n bijzonder ervaringsverhaal, ik dacht: naar deze man moet ik luisteren, hij zei het zo kernachtig.

Mensen hebben altijd de neiging om het iets heel bijzonders te vinden. Maar als je zelf een kind baart, geldt hetzelfde, dat is ook heel ingewikkeld. Elk kind is een verrassing. Misschien heb je wanneer je zelf een kind hebt gebaard de illusie dat je het kunt controleren. Maar in de praktijk werkt dat niet zo. Het enige bij een pleegkind is dat je dat aan het begin weet.’ 
 

Wat vind je zo mooi aan pleegzorg?

‘Dat iemand die je nog niet kent, groeit van een knopje naar een bloem en kleur krijgt. Elke dag is een verrassing, soms word ik gek van mijn pleegdochter, maar het is zo fascinerend, het is al iemand en die komt steeds meer tevoorschijn.
Het pleegmoederschap zorgt er ook voor dat ik niet altijd met plannen en projecten bezig kan zijn. Dat vind ik ook heel gezond makend voor mezelf trouwens. Je kunt ervan leren, net als van die geiten …’

Met welke projecten ben je op dit moment bezig?

‘Met name voor liedjes voor de Liedjesbijbel, daar ben ik wat langer geleden mee begonnen. Het is een project van een groep makers en een uitgever, waarin we chronologisch de hele Bijbel hervertellen in 150 verhalen en liedjes bij die verhalen. Een hele nieuwe kinderbijbel met muziek dus. Ook ben ik bezig met een prentenboek over rouw, met muziek. Ik heb een verhaal geschreven over vijf fasen van rouw. En daar ga ik muziek bij maken, waarschijnlijk uitgevoerd met een koor, daar ben ik nog mee bezig.’

Het is bijna Kerst, houd je van deze dagen?

‘Wat ik mooi vind is dat bij Kerst het verlangen universeel is. Mensen zijn allergisch voor allerlei dingen in het geloof, maar niet voor Kerst en voor de kerstboodschap, waarbij God alles achterlaat om bij mensen zijn, arm, eenzaam ... Iets wat tegen alles ingaat, het raakt alle mensen. Gelovig of niet: iedereen kan zich identificeren met dat verhaal. Met How to throw a christmas party hebben we van 2010 tot 2017 muziek kunnen maken rond alleen dit verhaal en iedereen vond het geweldig. Ik hoop dat we dat ooit weer in een of andere vorm kunnen oppakken, wie weet.’

Lees hier het blog dat Lydia schreef over pleegzorg. 

--:--