Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Leren van planten | Wortelen

Wat betekent het als je zegt dat je wilt aarden of wortelen? Volgens Lydia is het - net als bij planten - een eindeloos proces, dat ons leven lang doorgaat. Deel 2 in een serie over de dingen die je kunt leren van… planten.

Deel:

We kijken graag naar mooie planten en zetten ze zelfs in onze huizen. We kijken meestal niet in de pot. Samen met schimmels en bacteriën vormen de wortels van onze kamerplant een onooglijke klont sliertjes en draadjes. Op het eerste gezicht weinig spectaculair. 

Slimme wortels

Maar, zoals dat vaak ook in de mensenwereld gaat: achter de schermen vindt het echte werk plaats. Als een kiemplantje begint te groeien, is er eerst onder de grond al een gigantisch netwerk gebouwd. Dit netwerk is en blijft altijd groter - vaak wel tientallen keren - dan de plant die je boven de grond ziet. 

Wat gebeurt er eigenlijk in dat netwerk? Wortels zijn slim en ze maken keuzes. Dat doen ze door eerst waar te nemen. Cellen in het uiteinde van de wortel meten bijvoorbeeld zwaartekracht en weten zo welke kant op ‘beneden’ is. Heel langzaam strekt de wortel zich uit en trekt zich weer in.

Als een rups kruipt hij de bodem in en trekt de plant mee. Komt hij bij het zoeken naar een omweg langs een steen te dicht bij de oppervlakte, dan waarschuwt zijn ultra-violet-meter hem voor het zonlicht en buigt weer af de bodem in. Wortels kunnen vocht waarnemen op meters afstand en ze kunnen zelfs water ‘horen’ stromen. Je kunt een plant ook in het ootje nemen: zet een speaker in de kamer met het geluid van stromend water, en de wortels van je kamerplant groeien richting de speaker. 

Als het moet breekt de wortel dwars door beton om bij stromend water te komen. 

In principe neemt een wortel de weg van de minste weerstand, bijvoorbeeld via tunneltjes van wormen. Dat moet ook wel, want wortels moeten kilometers per dag groeien om aan de vraag van de plant te voldoen. Ze stoppen nooit met groeien, want de kwetsbare wortelharen moeten voortdurend worden vervangen. Dus waarom zou je moeilijk doen als het makkelijk kan? Maar als het moet laat de wortel zijn krachtige kant zien en breekt langzaam maar zeker dwars door beton om bij stromend water te komen. 

Op de wortels groeien wortelharen. Ze vormen met miljarden per plant samen een absurd grote oppervlakte van tientallen hectare per plant. Deze wortelharen kunnen zelf bijna geen voedsel opnemen. Daarom gaan ze een relatie aan met schimmels en bacteriën. De wortels wisselen zo voedsel en diensten met ze uit. Via deze eindeloze vertakkingen kunnen ook planten onderling informatie en voedsel uitwisselen. Zo waarschuwt een plant die wordt geoogst zijn buurman voor gevaar en schenkt een moederboom voedsel aan haar zaailingen. 

Blijf investeren in je basis

Wortelen is veel meer dan je alleen stevig verankeren in de bodem en water opslurpen. Wat zeggen we nou eigenlijk met dat we willen ‘aarden’ of ‘wortelen’? 

We moeten bereid zijn om voortdurend onze zintuigen open te stellen voor wat onze omgeving ons vertelt en geloven dat we dat vaak beter voelen dan weten. Groeien we nog de goede kant op? Hebben we dorst? Is dit voedsel geschikt? Moeten we van richting veranderen om gevaar te vermijden? 

We moeten bereid zijn om oneindig veel verbindingen aan te gaan, te beseffen dat we zonder samenwerking geen voedsel kunnen opnemen en oneindig in elkaar vervlochten raken. 

Tenslotte moeten we bereid zijn te erkennen dat onze wortels voortdurend onze aandacht nodig hebben. Het is nooit ‘af’. Het heeft geen zin om te ‘weten hoe het zit’ of ‘alles voor elkaar te hebben’. We moeten veel en blijvend investeren in onze basis, onzichtbaar, onder de grond. Door rust, stilte, luisteren en ontmoeten. Leren, ontdekken, vermijden en verwerken. Afsterven en weer aangroeien, uitproberen, falen en weer leren. Dat is niet erg. Dat is normaal. En het resultaat wordt vanzelf zichtbaar boven de grond. 

Psalm 1:1-3

Gelukkig de mens die niet meegaat met wie kwaad doen,

die de weg van de zondaars niet betreedt

bij spotters niet aan tafel zit,

maar vreugde vindt in de wet van de Heer

en zich verdiept in Zijn wet, dag en nacht.

Hij is als een boom, geplant aan stromend water. 

Op tijd draagt hij vrucht. 

Zijn bladeren verdorren niet. 

Alles wat hij doet komt tot bloei. 

Over de serie 'Wat kunnen we leren van planten?' Onze hersenen zijn zo geprogrammeerd, dat we de kleur groen registreren als ‘niks aan de hand’ of ‘neutraal’. Onze van oorsprong groene omgeving ervaren we nu als statische entourage van ons eigen beweeglijke bestaan. We vinden ze heel gewoon. Planten en bomen accepteren deze belediging gelaten. Ze laten zich gewillig veredelen tot appelboom, slaplant of kamerplant. Ondertussen leveren ze stilletjes en voor onze ogen de meest spectaculaire prestaties. De Bijbel staat vol plantenmetaforen. Daarom een serie over de plant, met in de ene hand de Bijbel, en in de andere hand het boek ‘Vanuit de plant gezien’ van Arjan Mulder.

Lees hier deel 1: Op zoek naar je roots

Lees hier deel 3: De gulle boom

Geschreven door

Lydia van Maurik

--:--