Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Wittgenstein: ‘God is niet wetenschappelijk te bewijzen'

Taalfilosoof Ludwig Wittgenstein was ervan overtuigd dat God niet te bewijzen is. Volgens hem kunnen we de regels van de wetenschap dan ook niet zomaar toepassen op het geloof in of de taal over God.

Deel:

Ludwig Joseph Johann Wittgenstein (1889-1951) is een van de belangrijkste taalfilosofen van de twintigste eeuw.

De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.

Toestemmingen aanpassen

Als Wittgenstein over God spreekt, gaat het vooral over de vraag wat je precies zegt wanneer je over God spreekt. Wittgenstein gebruikt daarbij de metafoor van het spel. Elk spel heeft immers zijn eigen regels: we kunnen de regels van het ene spel niet toepassen op het bord van het andere. Dat geldt ook voor de manier waarop we taal gebruiken. De taal die geliefden gebruiken, verschilt van de taal van politici, of de taal van twee kinderen. Er is geen alomvattende definitie van spel, en net zomin van taal: de mens speelt verschillende taalspelen.

Eén daarvan is het religieuze taalspel, met taalhandelingen zoals bidden, zingen en preken. Religie is een taalpraktijk met zijn eigen vocabulaire, regels en grammatica. Het religieuze taalspel verschilt bijvoorbeeld van de taal van de wetenschap.

Geloof in God is volgens Wittgenstein niet gebaseerd op wetenschappelijk bewijs. Evenmin kan geloof in God door wetenschappelijk bewijs worden weerlegd. Religieuze overtuigingen zijn van een andere aard. Ze doen niet mee aan het wetenschappelijke spel van bewijzen en weerleggen.

We kunnen de regels van de wetenschap dan ook niet zomaar toepassen op het geloof of de taal over God. Waar eerdere filosofen zoals Kant de grenzen van het menselijk verstand in zijn algemeenheid onderzoeken, bespreekt Wittgenstein de functie van taal en stelt zo de grenzen vast.

De weergave van deze video vereist jouw toestemming voor social media cookies.

Toestemmingen aanpassen

Ook in zijn leven liep Wittgenstein tegen grenzen aan. Hij kreeg het nodige te verduren. Drie van zijn broers pleegden zelfmoord. Hij schonk zijn familiefortuin weg en verhuisde naar Noorwegen, om daar als kluizenaar te leven. Hij werkte als schooldocent in een Oostenrijks boerendorp, maar werd ontslagen nadat hij een leerling had geslagen. En hij schreef een dun boekje waarin hij naar eigen zeggen de fundamentele problemen van de filosofie oploste.
Tien jaar later moest hij erkennen dat zijn oplossing tekortschoot. Wittgenstein heeft in zijn filosofische ontwikkeling dus een belangrijke ommezwaai gemaakt: daarom wordt er wel gesproken over Wittgenstein I en Wittgenstein II, al staat die scheiding uiteraard ook ter discussie.

Het leven van Wittgenstein was allerminst zorgeloos. Hij worstelde met een torenhoge moraal, die hij aan zichzelf oplegde. Was hij maar eens bevrijd van al die zorgen. Had hij maar eens het gevoel volmaakt veilig te zijn.

Dat gevoel van volmaakte veiligheid is wat Wittgenstein zich voorstelde bij een religieuze ervaring. Je bent bevrijd van alle zorgen. Je hebt de moed om niet in te zitten over het onheil dat je kan treffen. Als je in God gelooft, dan weet je dat jij veilig bent, ongeacht wat er in de wereld gebeurt. Een religieus besef, meende Wittgenstein, is het besef dat jou niets zal overkomen. Maar ook die veiligheid is uiteindelijk begrensd of zoals Wittgenstein zou zeggen: een taalspel.

Wittgenstein in vogelvlucht

Geboren: 1889
Gestorven: 1951
Broer: pianist en componist Paul Wittgenstein was zijn oudere broer.
Mentor: Filosoof, historicus en wiskundige Bertrand Russell
Vijand: Omdat hij met een later werk zijn eerste boek tegenspreekt, wordt hij volgens critici zelf de grootste vijand van zijn werk genoemd.
Bekendste boeken: Tractatus Logico-Philosophicus en Filosofische onderzoekingen
Wittgenstein voor beginners: Het blauwe en het bruine boek (alleen nog in bieb of tweedehands verkrijgbaar)

Quotes (om indruk te maken op verjaardagen)

‘De grenzen van mijn taal zijn de grenzen van mijn wereld.’
‘Waarover men niet kan spreken, daarover moet men zwijgen.’
‘Toen ik thuiskwam verwachtte ik een verassing en er wachtte me geen verrassing, dus was ik natuurlijk verrast.’
‘Filosofie is een soort van verregaande grammaticale verwarring.’
‘Mijn boek bestaat uit twee delen, het deel dat ik geschreven heb en het deel dat ik niet geschreven heb. Het laatste deel is juist het belangrijkste.’

Wittgenstein & Hitler

Wittgenstein zat op dezelfde school als Adolf Hitler. Hitler zat een klas lager. Hier vind je een foto waarop ze allebei te zien zijn.

W.F. Hermans <3 Wittgenstein

De grote Nederlandse schrijver Willem Frederik Hermans was gefascineerd door Wittgenstein. Hij vertaalde een van de bekendste boeken, de Tractatus Logico-Philosophicus, in het Nederlands. En in 1990 worden essays over het leven en denken van Wittgenstein gebundeld. Hermans heeft ze tussen 1964 en 1984 geschreven. Daarmee wordt zijn polemiek over Wittgenstein afgesloten. Niet iedereen was gecharmeerd van de gedachten van Hermans over Wittgenstein: tegenstanders verweten hem een veel te rigide benadering van het werk van de filosoof.

--:--